Het kijkgat biedt ons de mogelijkheid de wereld vanuit een aanvullend gezichtspunt te bekijken. Als een bron vanuit een gat niet kan worden waargenomen omdat er een object tussen de bron en de waarnemer is geplaatst, impliceert dit dat het gat zich in de door de bron gegenereerde schaduw van het object bevindt en dat het overeenkomstige gebied op het scherm niet door de bron verlicht wordt.
De schaduwen lijken dichterbij als de bronnen dichter bij elkaar worden geplaatst. Ze kunnen zelfs overlappen als een waarnemer zich in de doorsnede van beide schaduwen bevindt, van waaruit geen van de bronnen zichtbaar is. Dit gebied is donkerder dan de afzonderlijke schaduwen, van waaruit een van de bronnen, maar geen van de andere, zichtbaar zou zijn. Deze waarneming kan worden gebruikt als een eerste benadering voor het begrip halfschaduw, omdat de twee puntbronnen als elementen van een 'uitgestrekte bron' kunnen worden beschouwd.